Sinds het begin van de financiële crisis in 2008 is het bbp van Nederland met 6% gekrompen ten opzichte van Duitsland. In tegenstelling tot de GIPSI-landen, heeft de Nederlandse overheid echter nooit serieuze problemen gehad om haar staatsschuld te financieren. De slechte prestaties van de Nederlandse economie zijn te wijten aan een combinatie van strikt bezuinigingsbeleid en problemen op de huizenmarkt. Dit maakt Nederland een interessant geval. De gevolgen van deze twee problemen kunnen namelijk onafhankelijk worden geanalyseerd van de druk van financiële markten waarmee de GIPSI-landen zijn geconfronteerd. Dit artikel schetst de contouren van een eenvoudig overlappend generatiemodel. De analyse leidt tot tien lessen voor begrotingsbeleid na een financiële crisis en geeft hierbij ook aanbevelingen voor aanpassing van de Europese begrotingsregels. Het begrotingsbeleid zou meer intergenerationele verzekering moeten bieden en de Europese begrotingsregels zijn daarbij een belangrijk obstakel.